Sneeuwvlaktes
Zondag 25 juni
Als we wakker worden is het Halnefjord nogsteeds gehuld in een dikke laag mist. Het ziet er guur uit buiten, toch is het niet koud. We voelen ons nogsteeds brak, ondanks de vermoeidheid heb ik slecht geslapen. Taka ligt lekker languit op de bank, die heeft er weinig moeite mee om diep in dromenland te zijn. Af en toe piept hij wat en schud hij zijn pootjes heen en weer, ver weg in een andere wereld. Mijn lijf is stijf, ik kan nauwelijks normaal bewegen. Allebei hebben we al dagen last van onze neus en krijgen we spontaan tijdens het wandelen een bloedneus met als gevolg dat er gedurende de dag dikke plakkaten opgedroogd bloed aan de binnenkant van onze neusvleugels zit. En dat doet pijn. En nu ook weer, bij het wakker worden, echt niet fijn. Er is geen sprake van verkoudheid en omdat we allebei dezelfde klachten hebben zoeken we het op, op internet. Er staat dat het meestal wordt veroorzaakt door gesprongen bloedvaatjes of dat de binnenkant van de neus is uitgedroogd. Dat kan komen door een droog klimaat of ijle lucht, wat juist vaak voorkomt in de bergen, waardoor de neusmembranen uitdrogen en er harde korstjes ontstaan die kunnen prikken en beginnen te bloeden. Tja, dat verklaart een hoop dus. Bij ons allebei zijn de randen van onze neus stuk en het vraagt bijna de hele dag onze aandacht door de trekkende pijn. En de verbrande huid van ons gezicht helpt ook niet bepaald mee. Zelfs continue kokosolie erop helpt niet. Maar hee, als dit het is? De bergen met de fantastische uitzichten en de serene rust zijn dit soort ongemakken meer dan waard.
De hele ochtend zijn we lui en maken we vooral geen haast. Als ik de overnachting ga betalen, vraag ik Geirmund of hij toevallig petjes verkoopt. Er staat een enorme koelkast naast de kassa waar hij vervolgens een petje afhaalt die iemand vergeten is en aan mij overhandigd. Ik pas het zwarte petje van Helly Hansen en wonder boven wonder is het een small en past ie perfect op mijn kleine hoofd. Dank je wel universum! Dat mijn gebeden wederom worden gehoord! Niet meer de volle zon in mijn gezicht.
Geirmund brengt ons met zijn Transporter bus rond half 12 naar het startpunt van onze vervolgroute en inmiddels heeft de mist plaats gemaakt voor wederom een blauwe hemel met hier en daar een wolkje. Wat een cadeau dat we steeds zo mooi weer hebben! De wandeling begint met een pittige klim naar 1297 m met links en rechts betoverende blauwe meren tegen een achtergrond van met sneeuw bedekte bergen. Ten noorden van dit gebied ligt veel meer sneeuw dan we tot nu toe hebben gezien. Het uitzicht is mede door de zon en de mooie lucht fenomenaal. Het is 20 graden, windkracht vier, we komen de eerste twee tegenliggers tegen sinds we een paar dagen geleden zijn begonnen. Het is natuurlijk weekend dus ook de locals trekken erop uit.
Ik blijf me verbazen over de fitheid van Taka, vandaag geen schapen in de buurt dus kan hij lekker los. Hij rent weer blij alle kanten op, aan niks is te merken dat het gister zo zwaar was. Hij loopt elke keer zo’n 50 meter voor ons, staat dan met zijn neus in de wind, kijkt achterom waar we blijven en als we in zijn beleving dichtbij genoeg zijn loopt hij weer door. Het blijft leuk om naar zijn rituelen te kijken, wat hij allemaal doet en ziet. Soms is hij bang voor een rotsblok en zie ik de spanning in zijn lijf, dan ziet hij gewoon niet wat het is. Grommend en twijfelend gaat hij er dan met een boog omheen. Als ik dichtbij genoeg ben en zeg ‘het is goed lieverd’, dan ontspant hij meteen.
Het is af en toe net of we op het dak van de wereld lopen, een maanlandschap, een nieuwe wereld of misschien juist wel een oeroude wereld die zo ver van de bewoonde wereld af staat, zo rauw, zo puur. We worden ingehaald door twee mannen die zware rugzakken dragen, ze hopen ergens te kunnen vissen en we worden uitgenodigd om mee te eten. Maar we zien ze niet meer terug, hun tempo ligt vele malen hoger dan dat van ons. We lopen heerlijk vandaag, voelen ons lekker en genieten volop. De afstand is ook korter, 13 km, en dat doet ons goed.
We vinden een topplek om de tent neer te zetten met wederom uitzicht op een vallei. Links zien we de volgende hut liggen op vermoedelijk nog anderhalf uur afstand. Rechts een meer die aan alle kanten glittert door de hete middagzon. We staan achter een helling uit de wind en hebben binnen een mum van tijd de tenten opgezet. Als we gaan slapen is het 12 graden, prima te doen.
Rond middernacht worden we gewekt door een kudde schapen die haast lijken te hebben, ze denderen met zijn allen vlak langs onze tent, hun silhouetten zie ik door het tentdoek heen. De bellen maken met elkaar een behoorlijk lawaai, maar als snel ebt het geluid langzaam steeds verder weg en verdwijnen we in een diepe roes.
Maandag 26 juni
We worden wakker in potdichte mist met nog geen 50 meter zicht. Het dal is verdwenen, alles wat we zien is onze twee tentjes en het groene mos overal om ons heen, het is windstil. Het doet een beetje mysterieus aan, wetende dat we in zo’n groot gebied zijn, tegelijkertijd zijn we zo klein en zien we zo weinig binnen de grootsheid van dit geheel, ik vind het wel wat hebben, ook omdat ik weet waar we zijn en dat geeft een veilig gevoel.
Binnen een uur trekt alles echter open, het is een magisch gezicht om de wolken te zien optrekken en het meer beneden weer langzaam tevoorschijn te zien komen. En dat alles in combinatie met de heldere kleuren die het zonlicht aan alle kanten weerkaatst. Het beloofd weer een mooie dag te worden.
Vandaag de laatste etappe met Marjolein, we hebben nog zo’n 12 km te gaan voordat we bij de auto zijn. De km’s hier zeggen eigenlijk niks, het is voornamleijk het soort terrein die bepaald hoe lang je daar voor nodig hebt, in combinatie met volle bepakking. Wat ik al had verwacht blijkt ook te kloppen, binnen anderhalf uur zijn we bij de hut beneden. het is ook al vroeg in de ochtend warm, om half 9 is het al 20 graden. Het pad voert verder langs de brede rivier Heilnelvi. Hetis heerlijk om langs stromend water te lopen en altijd water in je nabijheid te hebben. Het pad is zwaar, veel grote keien, weinig vlakke stukken, alsof we op een net ontploft stukje aarde lopen waarbij de rotsblokken als een spijkerbom zijn rondgeslingerd. Binnen no-time is het 25 graden en dat maakt het extra zwaar omdat we in de volle zon lopen. Na een paar uur veranderd de vegetatie en verlaten we het toendragebied, de weidse vlakten maken plaats voor bos met een weelderige bloemenpracht. Aan beide kanten van het pad worden we toegejuicht door paarse bloemen, als onze fans die aan de zijlijn staan te schreeuwen terwijl wij de marathon lopen. Het is een feest al die bloemen! Wat minder is zijn de muggen, die verwelkomen ons net zo hard, de langverwachte maaltijd waar ze zo naar uit hebben gekeken. De Hardanggervidda staat bekend om de muggen, en vooral het ongemak wat zij mee kunnen brengen, desondanks hebben we er tot nu toe geen last van gehad. Dat wordt nu ruimschoots ingehaald. We worden aan alle kanten lek geprikt, door onze kleding heen en ons humeur wordt er niet beter op.
Halverwege de middag ben ik kapot, mijn lijf wil niet meer, ik heb pauze nodig. Naast een groot rotsblok val ik direct in slaap. Geen idee hoe lang ik weg ben maar het slapen doet wonderen. De hele wandeling hebben we het zwaar, we lopen te zuchten en te kreunen, te krabben en te leunen, er lijkt geen eind aan de route te komen. Ook Taka is zichtbaar moe, ik doe dan ook zijn rugzak bij mij erbij om het voor hem lichter te maken en voor mezelf nog zwaarder. Dat doet hem goed. Met zijn blije hoofd rent hij iedere keer stukken vooruit, wacht in de schaduw van de bomen om vervolgens weer blij door te lopen. Zijn blije hoofd geeft me energie. Zijn vermoeidheid lijkt op slag verdwenen nu hij zonder rugzak loopt. Onze armen en handen zijn opgezwollen door de muggenbeten, niet normaal zo heftig als we beiden reageren, ons lijf is niet blij! We hebben allebei regelmatig een bloedneus maar daar zijn we inmiddels aan gewend. Gelukkig hebben we overal wel water om alles schoon te spoelen.
Uiteindelijk doen we er tien uur over voordat we bij de auto zijn en we zijn meer dood dan levend. De planning was om de laatste 2 kilometer morgen te lopen en hier nog de tent op te zetten, maar de muggen maken het tot een hel. In de auto ligt nog een zak chips en appelsap n andere lekkere dingen. We vallen op alles aan, als hongerige beren na een winterslaap.
We besluiten te gaan rijden, geen idee waarheen. We tikken maar gewoon Oslo in en zien onderweg wel wat we tegen komen. We vinden een camping waar we een blokhut huren en kunnen douchen. Ik ben te moe om te douchen en duik met mijn viese bezwete lijf zo mijn bed in. Jeetje, wat ben ik moe! Marjolein hoor ik niet eens terug komen van de douche, ik ben al vertrokken… Morgen weer een dag….
True Nature Trails
Blogs
14. Elk einde is ook weer een nieuw beginjuli 27, 2018 - 7:48 am
13. Camera verloren? Zo’n dag dat alles teveel is…juli 25, 2018 - 1:25 pm
True Nature Trails12. De helikopter als onze redder in noodjuli 22, 2018 - 9:27 am
True Nature Trails11. Rapaätno deltajuli 21, 2018 - 11:23 am
True Nature Trails10. Over op plan B?juli 20, 2018 - 12:03 pm